Резюме: | In het lichaam van Johan Lowie klopt een ander hart. Dat van een kerel van zeventien. Anders was Johan er niet meer geweest. Dit is het verhaal van een jongen uit Ieper die naar Amerika verhuisde en kunstenaar werd. Een kunstenaar wiens leven aan een wel heel zijden draadje hing.
{
"type": "aside-inline",
"title": "Hoe oud ben jij eigenlijk? ",
"content": [
{
"p": "Een op en eerlijke getuigenis over leven en leeftijd"
}
]
}
{
"type": "aside-inline",
"title": "",
"content": [
{
"image": {
"url": "//Assets/Images_Upload/2025/05/14/b6dba3f8-3355-48d4-8cc5-7ab960a2b3ee.jpg",
"credit": "stefaan beel",
"format": "image/jpg",
"caption": "Johan: “De mama heeft een opname van mijn hart gemaakt en dat in een teddybeer gestopt.”",
"metadata": {
"alignment": "right",
"original_size": {
"width": 1633,
"height": 2450
}
}
}
},
{
"p": "Hoe oud voel je je? “Heel moeilijke vraag. Ik voel me 25 jaar, maar doe niet de domme dingen die iemand van 25 doet.”"
},
{
"p": "Hoe oud wil je worden? “Tachtig. Ik weet niet of ik dat haal met mijn hart. Maar als ik het haal, dan ben ik aan het schilderen. Kunst aan het maken. Altijd maar weer.” "
},
{
"p": "Wanneer was je het gelukkigst? “Nu. Ik voel me goed in mijn vel en werk veel. Het blijft mijn passie.”"
}
]
}
“Soms kijk ik in de spiegel en denk ik: ‘Wat een oudere man toch.’ Daarom heb ik maar één zelfportret geschilderd. (lacht) Maar anders voel ik me goed. Oud worden is vreemd. Je persoon wordt niet ouder, het is enkel je lichaam.”
LEES OOK. Geert: “Sinds mijn chemo ben ik niet meer dezelfde. Het is nooit meer echt goed gekomen”
“Mijn lichaam heeft een ander hart. Ik was 57 toen een griepvirus op mijn hart sloeg, waardoor het nog voor zes procent werkte. Ik was stervende. ‘Je hebt een donorhart nodig’, zei de Iraanse chirurg in het Amerikaans ziekenhuis. Hij begreep niet dat ik nog leefde met zo’n zwakke hartslag. ‘Maar voor zo’n transplantatie moeten eerst de medicijnen aanslaan, anders is het gedaan.’ De medicijnen werden om de zoveel tijd gegeven. Het was afwachten. Ondertussen moest ik in het ziekenhuis blijven tot er een donor zou gevonden worden. Dat kon vier tot acht maanden duren. Ik kreeg een kamer met veel licht en heb daar mijn studio opgezet. Ik heb er veel geschilderd.”
“Drie weken later hadden ze al een donor. Een Oekraïense jongen van zeventien die in Amerika woonde. Gestorven bij een auto-ongeluk omdat de tegenligger aan het sms’en was achter het stuur. Ik was daar niet goed van. Dat ik zou verder leven dankzij die jonge gast. De operatie lukte. Toen ik naar huis mocht, lag er bij de uitgang een formulier waarin je toestemming kon geven dat de familie van de donor en de ontvanger elkaar zouden ontmoeten. Dat is gebeurd. Die jongen heeft na zijn dood vijf mensen gered. Ze gebruiken alles: longen, lever, nieren. Ik zie zijn mama elk jaar. Elk jaar legt ze haar hoofd tegen mijn borst om het hart van haar zoon te horen. Ze heeft ook een opname van mijn hart gemaakt en dat geluid in een teddybeer gestopt.”
“Mijn hart klopt altijd tussen de 100 en 120, ook in rust. Het verslijt dus sneller, daarom heb je dus een jong donorhart nodig. Verder voel ik daar niets meer van, maar ik denk er wel nog elke dag aan. Ik neem ook medicatie die je lijf wat schendt, maar het is nu zo. Ik ben al lang blij dat ik leef.”
“Als kleine jongen woonde ik in Ieper. Ik ben het kind van onconventionele ouders. Mijn vader was beeldhouwer, mijn moeder huisvrouw en er kwamen bij ons vaak excentriekelingen over de vloer. Mijn mama was 48 toen ze me kreeg, ik was een achterkomertje, mijn drie broers waren veel ouder. Ik kon goed tekenen. Mijn ouders stimuleerden me om kunstonderwijs te volgen. De omgekeerde wereld ja, vaak raden je ouders zoiets af. Ik ging naar de academie in Gent, later op kot en studeerde af in het kunstonderwijs. Ik had direct werk in een drukkerij, zeer zwaar werk, in drie ploegen. Ik hield het vier jaar uit.”
“Op mijn 34ste waagde ik de sprong. Iemand in Los Angeles had een special effects-bureau in Hollywood. Ik stuurde mijn portfolio en kreeg zowaar de job. Helaas kreeg ik geen werkvisum. Ik zette me op een lijst waarvan jaarlijks 55.000 mensen werden geloot die toch in Amerika mochten wonen en werken. En drie maanden later kon het. Mijn lief en ik gingen in het huis van familie wonen, in the middle of nowhere. Ik trok mijn stoute schoenen aan, ging naar een man met een galerij, zette mijn schilderijen daar neer en zei ‘this is me, I’m from Belgium’. Die man gaf me zowaar een kans. Ik deed ook mee aan wedstrijden en kreeg zo meer en meer exposities. Ik werkte jarenlang in een boekhandel om rond te komen, maar kan nu eindelijk leven van mijn kunst, ook al geef ik hier en daar nog wat les en lezingen. Ik heb net 180 gezichten getekend en geschilderd. Het fascineert me dat je nooit echt weet wat er zich achter gezichten afspeelt. Wat iemand denkt, wat iemand heeft meegemaakt, hoe hij zich voelt. Als je mij ziet, zie je niet dat ik een donorhart heb. Mensen met mentale problemen, dat zie je niet. En mensen met alzheimer zien er nog hetzelfde uit, maar ze zijn helemaal anders geworden vanbinnen.”
LEES OOK. Cindy heeft veel energie en veel liefde: “Mocht mijn man sterven, dan blijf ik wellicht ook niet lang meer”
“Ik woon in Maryland, een heel sociale staat. In de stad Frederick, even groot als Ieper. Het was vroeger een verloederde, ruige stad, maar de overheid lokte er kunstenaars naartoe zodat het weer hip werd. Iedereen die creatief bezig is, moet hier geen taksen betalen. Huisjes werden gerestaureerd en langzaam maar zeker werd het een hippe buurt waar iedereen wil wonen. Grote ketens zoals Starbucks en McDonald’s worden hier geweerd. Nu komt er ook een bekende Amerikaanse kok een restaurant openen. Je merkt dat deze buurt straks zo opgewaardeerd zal zijn dat het duur wordt om hier te wonen. Typisch, zo gaat het vaak. Het is hier zalig. Als ik tien minuten wandel, ben ik in de bergen met wilde dieren. Denk aan bruine beren en gevaarlijke slangen. Frederick bestaat voor zeventig procent uit bos. Voor elke boom die verdwijnt, moet een nieuwe komen. Dat is het beleid en dat in het land van Trump, jawel. Veel staten vechten tegen zijn beleid. Maryland is een zeer democratische staat. Wij hebben andere wetten dan bijvoorbeeld Virginia of New York.”
“Ik ben nu 65 jaar. Mijn liefde ken ik al van toen we samen in de plastische kunsten zaten. Ze is mij gevolgd, we voelen ons hier goed. Of we voorgoed blijven, weet ik niet. Mijn hoofd zal altijd blijven knetteren. Ik hoop om ooit het perfecte schilderij te maken. Daarna mag ik sterven.”
|