СПІЛЬНО БАЧЕННЯ  ::  ІНОЗМІ
Переклади, аналітика, моніторинг - Україна (і не лише) очима іноземних ЗМІ
         Головна        
        Політика        
      Human rights      
  Міжнародні відносини  
        Культура        
          Спорт         
        Більше...       

Знайдено на сайті:Het Nieuwsblad
Мова:19 (Dutch / Nederlands)
Заголовок:

Getuigen over de bommen op Limburg in WOII: “Als er weer oorlog komt, mag de eerste kogel door mijne kop zijn, dan hoef ik het niet meer mee te maken”

Резюме:

In ons land vielen in de Tweede Wereldoorlog ongeveer 6.000 burgerdoden bij geallieerde luchtbombardementen. Limburgers Gust (95), Nathalie (105) en Gaby (89) getuigen in de Canvas-documentaire Bommen op België over hoe hun huizen in hun jeugd werden weggevaagd en familieleden het leven lieten.

Vooral in het voorjaar van 1944 bombardeerden Amerikanen en Britten spoorweginfrastructuur in Duitsland en in de bezette gebieden om de vijand te verzwakken in de aanloop naar D-Day. Maar soms vergisten de geallieerde vliegeniers zich van doelwit en kregen woonwijken een infernaal bommentapijt over zich heen. Die collaterale schade viel over het hele land, van Kortrijk tot Malmedy.

In de nacht van 11 op 12 mei 1944 losten zware Lancaster-bommenwerpers van de Britse Royal Air Force hun dodelijke lading boven Beverlo, maar niet boven het kamp waar de Duitsers ingekwartierd zaten. De Zuidstraat en een stukje van de cité van Beringen-Mijn kregen de volle laag.

De jeugd van Gust Sannen – toen 14 jaar, nu 95 – werd getekend door de dramatische gebeurtenis. Meer dan 80 jaar later zindert de horror nog na, de emoties wellen op als hij erover vertelt. “Mijn vader hoorde die nacht vliegers en ging buiten kijken, ik ben hem gevolgd. We zagen niks in de donkere lucht, maar het ronkte overal. ‘Ga iedereen roepen, ze moeten het huis uit! Verwittig de buren ook maar, hier gaat iets gebeuren!’ voorvoelde mijn vader.”

“Ondertussen wierpen die vliegers lichtgevende markeerprojectielen uit en die kwamen boven de Zuidstraat terecht. Het werd ‘s nachts zo helder alsof het midden op een zomerdag was. Terwijl ze die ‘lampen’ uitgooiden, zijn wij gaan schuilen onder het afdak waar de karren stonden. De pannen vielen al van het dak. Mijn broer kreeg een pan op z’n hoofd. Daarna begonnen de vliegtuigen bommen te werpen. Ik keek richting Oostham en daar zag ik ongelooflijke vuurzuilen verschijnen van wel tien meter hoog en drie meter breed. De gloed sloeg tot boven de eikenbomen uit. We moesten vluchten uit de karrenschuur en zijn in de tuin plat op de grond gaan liggen.”

Een bom trof de woning van de familie Sannen, een gezin met negen kinderen onder wie een baby’tje. “De knal en luchtverplaatsing, jong, dat was verschrikkelijk. Ik kreeg steenpuin over me heen. We woonden vlak bij de kerk van Beverlo, in een boerderij gebouwd in U-vorm. Het huis, de stal, de schuur, alles is tegen de grond gegaan.”

Missing

“Ik probeerde op te staan, maar kon geen lucht krijgen, die was precies weg. Ik ademde alsof ik 100 kilometer gelopen had. Toch ben ik zonder veel zeer onder het puin vandaan kunnen kruipen. Mijn vader en zuster waren zwaar gewond, andere broertjes en zussen waren lichtgewond. Mijn moeder, de baby en ikzelf hadden geen pijn. We hadden alleen nog de kleren die we droegen. Voor de rest waren we alles kwijt, we hadden zelfs geen druppel water meer”, zegt Gust, terwijl hij foto’s van zijn ouderlijk huis van voor en na de verwoesting opdiept.

De luchtaanval duurde 20 à 25 minuten, schat Gust. “Sommige inslagkraters in Beverlo waren 9 meter diep. Er zijn toen veel bommen gevallen, maar geen ene op de juiste plek”, zucht Gust. Toch koestert hij geen wrok jegens de geallieerde bemanningen die de verkeerde plek aanvielen. “Ik ben niet lastig op die Engelse vliegeniers. Die mensen volgden een bevel op, maar er is een missing gebeurd. Een zware missing die tachtig levens heeft gekost. 95 procent van die mensen kende ik, het waren mijn buren en dorpsgenoten.”

In de documentaire komen afschuwelijke beelden van hallen vol lijken, slachtoffers van ‘vergissingsbombardementen’ door de goei. Ze kregen dikwijls een gezamenlijke uitvaart.

Maar het leven ging door. “Vader had machtig veel pijn. Van de dokter mocht ik er niet bij, maar ik hoorde hem ’s nachts wenen”, aldus Gust. “Op vader konden we niet meer rekenen. Moeder en ik moesten het boerderijwerk in handen pakken.” Tranen springen hem in de ogen terwijl hij vertelt: “Ik heb gezwoegd van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat. Zwaar werk, tot mijn knieën er pijn van deden. Ik zal dat nooit vergeten. Jonge mensen van vandaag verstaan niet welke ellende wij hebben meegemaakt toen.”

Afzien

Het gezin vond nieuw onderdak in Korspel, met hulp van andere families die spullen schonken, konden ze een doorstart maken. “Maar bij het bombardement was ook ons paard gedood, en sommige koeien, en ons landbouwgetuig was kapot. Alle karren, de eg, de maaimachine, de dorsmolen … Het kostte veel geld om die te vervangen. Daar hebben sommigen nog van geprofiteerd, ze hebben ons woekerprijzen aangerekend. Schandalig”, windt Gust zich op.

“Andere boeren kwamen soms helpen, zoals bij de oogst, maar dan moest ik ook weer bij al die mensen gaan helpen, vonden mijn ouders. Ik was geen prullemenneke, ik kon werken, maar ik heb dubbel afgezien”, verbijt hij zijn tranen. “Jaren na datum was ik nog altijd slachtoffer.”

Als er tegenwoordig beelden van verwoeste huizen in Oekraïne of Gaza voorbijkomen, krijgt Gust het weer kwaad: “Dat doet pijn. Ik weet maar al te goed wat die mensen meemaken. Ik vertel het nu een beetje, maar ik durf alles niet te zeggen. Jonge mensen snappen dat niet, al die ellende in zo’n oorlog. Ik zag kinderen rotte appels eten en voederbieten waar het zand nog op zat, omdat ze zo’n honger hadden.”

Of er opnieuw oorlog komt? “Ik ben er toch niet gerust in”, schudt Gust het hoofd. “Als er weer oorlog komt, dan mag de eerste kogel door mijne kop zijn, want ik wil het nooit meer meemaken.”

Ruïne

Nathalie Thielemans was “tussen de 24 en 25 jaar, in de fleur van mijn leven” toen ze het bombardement op Beverlo meemaakte. “Ik herinner me die dag nog goed, alsof het vandaag was”, vertelt de dame die nu 105 lentes telt, maar erg kwiek is voor haar leeftijd.

“Mijne papa had in 1914-1918 in de loopgraven aan de IJzer gezeten. Hij heeft er dikwijls over verteld. In 1944 keken we uit naar de bevrijding. Toen hij die vliegers hoorde, zei hij: ‘Oh, nu is den Engelsman hier.’ Maar het was heel wat anders dan wat we verwacht hadden. Er vielen eerst van die grote lichten neer, en toen begonnen ze te bombarderen”, beschrijft Nathalie de raid op Beverlo. Ze woonde op dat moment nog bij haar ouders.

“We waren helemaal niet gewaarschuwd dat er een bombardement zat aan te komen. Eerst kropen we samen in de kelder, maar daar voelden we ons niet veilig. Vervolgens zijn we naar een boerderijtje gevlucht, maar daar was het ook gevaarlijk. Er waren twee bommen op gevallen. Uiteindelijk zijn we naar een klein bosje gelopen en daar zijn we tussen de struiken gaan liggen, plat tegen de grond naast elkaar. Ondertussen was het alsof de wereld verging. Lawaai, bommen, de aarde beefde.”

Het huis van de familie Thielemans bleek gereduceerd tot een ruïne. “Deuren, ramen, plafond ... alles was ingevallen. Eén huis verder was ook alles kapot”, ziet Nathalie nog voor zich. “En dan krijg je stilaan te horen wie er allemaal dood is. We waren met acht kinderen thuis, ik had één broer en zes zussen. Mijn twee oudste zussen waren het huis al uit. Gelukkig was iedereen van ons gezin ongedeerd.”

Schuilkelder

“Nadat we gebombardeerd waren en ons huis kwijt waren, mochten we bij mijn oudere zus aan het kanaal gaan wonen. Maar op het laatst begonnen ze ook schepen op het kanaal te bombarderen. Mijn schoonbroer en de buren hebben toen een schuilkelder in de tuin gegraven, een abri onder de grond, zoals het in de mijn gemaakt is”, legt Nathalie uit. “Daar schuilden we ‘s nachts, met een potteke water en een nat doekske voor de neus.”

Nathalie woonde de begrafenis bij van de dorpsgenoten die waren omgekomen bij de raid: “Ik kende bijna al die mensen bij naam. Ze zijn op dezelfde dag begraven. Al die kisten. Een heel triestige dag. Innerlijk ben ik wel kwaad geweest op de soldaten die het bombardement hebben uitgevoerd, maar haat dragen kan ik niet.”

Naar foto’s van destijds kijken, doet Nathalie niet. “Neen, ik heb geen foto’s meer. Alles is in het bombardement gebleven. Ik was naaister en mijn grote naaitafel is gewoon weggeblazen. Een dikke eikenboom voor de deur was in tweeën geknakt. Ik heb wel nog een foto van het kindje van mijn schoonzus. Mijn schoonzus en haar zevenjarig dochtertje zijn in september ‘44 gewond geraakt door een stuk schrapnel toen de Engelsman hier is binnengevallen. Mijn schoonzus heeft haar arm verloren, het kindje is doodgebleven. Ik had nog een jurkje en manteltje voor haar gemaakt. Dat dat kindje moest sterven, heeft me veel verdriet gedaan. Oorlog brengt alleen maar ellende, veel ellende.”

Het zien van de huidige oorlogstaferelen uit Oekraïne of Gaza jaagt Nathalie schrik aan. “Dan lig ik ‘s nachts wakker, dan zie ik het beeld van mijn nichtje ook weer”, kijkt ze bezorgd. Haar kleinzoon David, bij wie ze inwoont, probeert zijn oma dan ook af te schermen van dergelijke nieuwsbeelden. Krantenartikels over oorlogsdreiging en de gedachte dat haar achterkleinzoon naar het leger zou moeten, doen Nathalie huiveren. “Dan kom je hier maar ergens onderduiken, heb ik mijn achterkleinzoon gezegd. Zo speculeer ik daar op”, knikt ze. “Ik heb schrik dat de oorlog terugkomt.”

Vleugelkes

Het rangeerstation van Hasselt – een knooppunt voor materiaaltransport van het Duitse leger – was in de lente van 1944 verschillende keren het doelwit van geallieerde luchtaanvallen. Dat begon op paaszaterdag 8 april. Tal van explosieven raakten niet het doel, maar vernielden huizen en eisten tientallen levens van burgers. De bommenregen trof onder andere Kuringen hard.

Gaby Guisson – toen zes jaar, nu 87 – verloor bij die raids haar vader, twee buurkindjes en het kindje van een zus die bij haar thuis aan het spelen waren. “Vader zag de vliegtuigen komen en we zagen de bommen vallen, er zaten precies vleugelkes aan opzij”, vertelt Gaby in de documentaire. “We moesten rap binnen onder de tafel gaan schuilen.”

Zelf lag Gaby uren onder het puin voor ze werd teruggevonden. In eerste instantie belandde ze tussen de lijken op een vrachtwagen, tot een Duits soldaat merkte dat er nog leven in haar zat. “Als ik nu oorlogsellende zie, moet ik aan mijn moeder denken die alles in stilte droeg”, getuigt Gaby. “Die mensen van nu maken hetzelfde mee, maar nog wreder.”

De documentaire ‘Bommen op België’ met de getuigenissen van onder andere Gust, Gaby en Nathalie, is sinds 24 april te zien op VRT MAX

Посилання:https://www.nieuwsblad.be/cnt/dmf20250425_94831032
google translate:  переклад
Дата публікації:26.04.2025 3:00:00
Автор:
Url коментарів:
Джерело:
Категорії (оригінал):
Додано:26.04.2025 4:00:24




Статистика
За країною
За мовою
За рубрикою
Про проект
Цілі проекту
Приєднатися
Як користуватися сайтом
F.A.Q.

Спільнобачення.ІноЗМІ (ex-InoZMI.Ruthenorum.info) розповсюджується згідно з ліцензією GNU для документації, тож використання матеріалів, розміщених на сайті - вільне за умов збереження авторства та наявності повного гіперпосилання на Рутенорум (для перекладів, статистики, тощо).
При використанні матеріалів іноземних ЗМІ діють правила, встановлювані кожним ЗМІ конкретно. Рутенорум не несе відповідальності за незаконне використання його користувачами джерел, згадуваних у матеріалах ресурсу.
Сайт є громадським ресурсом, призначеним для користування народом України, тож будь-які претензії згадуваних на сайті джерел щодо незаконності використання їхніх матеріалів відхиляються на підставі права будь-якого народу знати, у якому світлі його та країну подають у світових ЗМІ аби належним чином реагувати на подання неправдивої чи перекрученої інформації.
Ruthenorum/Спільнобачення Copyleft 2011 - 2014